'Ik hoop dat ik u niet stoor?'
Zucht. 'Nou, eigenlijk...'
Mag ik u wat informatie geven over XXX?'
Pas dan kan ik het gesprek afkappen.
'Geen belangstelling!' roep ik opgelucht.
Of: 'Dat heb ik al!'
De laatste tijd roep ik dat bij alle producten en diensten die mij worden aangeboden.
Maar het gesprek is daarmee nog niet afgelopen.
Eerst moet Lisa mijn reactie herhalen ('teruggeven' heeft ze geleerd) en pas na een bevestiging mag ze afhaken. 'Nooit meteen ophangen, Lisa, altijd doorvragen!'
Het gesprek heeft dan al een minuut geduurd. Een minuut vol ergernis.
Ik bedenk dat ik mensen aan de deur binnen een halve minuut al duidelijk heb gemaakt dat ik hun aanbieding niet wil. Maar over de telefoon ontbreekt de nonverbale boodschap, die aan de deur méér dan het halve werk is. Met alleen stemverheffing of intonatie bereik je veel minder, dat blijkt elke keer opnieuw.
Maar nu heb ik het gevonden!
Dankzij een collega van Lisa, die zo zachtjes in de telefoon sprak, dat ik automatisch riep: 'Ik versta u niet!' Gemurmel. 'Kunt u iets harder praten?'
Dat is het Ei van Columbus!
Na de eerste zin van Lisa is het voldoende gewoon even te wachten en dan te roepen: 'Ik versta u niet! U klinkt heel zacht!' Daarna kun je op elk gewenst moment de hoorn neerleggen.
Ik geef het toe, het is een lafhartige oplossing. Maar het is iets wat aan de deur nooit zou lukken. Zo genereert de telefoon zijn eigen conversatiemogelijkheden.
Om met McLuhan te variëren: the medium creates the message.
PS